Welke spanning u kiest hangt af van persoonlijke voorkeur en de situatie waarin je verlichting moet voorzien. Elk van de twee keuzes heeft zijn voor- en nadelen.
12V
Voordelen:
- De lampen geven veel meer licht dan halogeen op 230V. Een 20W halogeen lamp op 12V geeft evenveel licht als een 50W lamp op 230V. Een 45W halogeen lamp op 12V geeft 3 keer meer licht dan een 50W lamp op 230V.
- De lampen gaan langer mee omdat deze minder spanning moeten verwerken.
- De lampen geven helderder licht (witter) en deze blijven wit als ze gaan gedimd worden.
- Meer mogelijkheden in wattages en stralingsbundels (20-35-50W).
- Mogelijkheid tot ombouwen naar sfeerlichtjes met LED.
Nadelen:
- Deze vereisen het gebruik van een extra transfo die u dient te kiezen aan de hand van de belasting en plaats (afstand tot de spot). Afhankelijk van de belasting en plaats dient u een elektronische of gewikkelde transformator te installeren.
Indien de afstand tussen de spot en de transformator kleiner of gelijk is aan 2 meter, kan u een elektronische transformator installeren. Wanneer de afstand echter langer is dan 2 meter dient u een gewikkelde transformator te installeren. Naarmate de afstand langer wordt en de belasting hoger wordt, dient u een dikkere kabel te nemen. Hoe langer de afstand tussen de transformator en de spot, hoe meer verlies er namelijk optreedt.
230V
Voordelen:
- Geen transfo nodig (veel gebruikt in volle plafonds zonder extra holle ruimte waarin geen transfo’s kunnen weggewerkt worden).
- Ook bruikbaar voor spaarlampen.
- Mogelijkheid tot ombouwen naar sfeerlichtjes met LED.
- De lampen geven warmer licht (gelere schijn - vergelijkbaar met de kleur van een standaard gloeilamp).
Nadelen:
- Minder mogelijkheden in wattages (35-50W).
- Bij het dimmen trekken de lampen weg naar de oranje kleur.
- Beperkte levensduur.
Het verbruik van beide versies is hetzelfde.